In dit onderdeel worden aanvullende financiële kengetallen weergegeven, zoals voorgeschreven door het BBV. Deze kengetallen maken inzichtelijk in welke mate de provincie over voldoende financiële ruimte beschikt om structurele en incidentele lasten te kunnen dekken of opvangen. Gezien hun karakter maken ze onderdeel uit van de financiële diagnose van de provincie. Vanwege de uniform voorgeschreven berekeningswijze kunnen de waarden desgewenst worden vergeleken met die van andere provincies.
Tabel 2.5: Financiële kengetallen BBV (in %)
Rekening 2023 | Begroting 2024 | Begroting 2025 | Begroting 2026 | Begroting 2027 | Begroting 2028 | |
Netto schuldquote | -24% | 18% | 11% | 27% | 31% | 44% |
Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen | -35% | 9% | 1% | 17% | 22% | 35% |
Solvabiliteitsratio | 77% | 81% | 80% | 78% | 69% | 64% |
Grondexploitatie | 0% | 0% | 0% | 0% | 0% | 0% |
Structurele exploitatieruimte | 6% | 4% | 11% | 10% | 12% | 14% |
Opcenten | 97% | 94% | 95% | 95% | 95% | 96% |
Netto schuldquote en netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen
Dit kengetal weerspiegelt het niveau van de schuldenlast van de provincie ten opzichte van de eigen middelen.
Het geeft daarmee aan in hoeverre de provincie in staat is haar schulden terug te betalen (hoe lager, hoe beter). De netto schuldquote van provincie Flevoland bedraagt naar verwachting 11% positief in 2025. Na correctie voor de verstrekte leningen ligt het percentage op 1% negatief. Naar verwachting stijgt de ratio doordat de komende jaren een groot deel van de eigen liquiditeiten wordt ingezet voor de financiering van grootschalige infrastructurele- en investeringsprojecten. Daarnaast is in de berekening van de netto schuldquote rekening gehouden met toekomstige externe financiering. Voor een nadere toelichting hierop wordt verwezen naar de paragraaf 'Financiering' in deze begroting.
Solvabiliteit
De solvabiliteit is de verhouding van het eigen vermogen (reserves) ten opzichte van het totale vermogen, uitgedrukt in een percentage. Dit weerspiegelt de mate waarin de provincie in staat is aan haar financiële verplichtingen te voldoen. Hoe hoger de solvabiliteitsratio hoe groter deel van de activa gefinancierd is met eigen middelen. Voor provincie Flevoland ligt het solvabiliteitspercentage met 80% in 2025 in lijn met voorgaande jaren. Een interprovinciale vergelijking op basis van de begrotingen 2024, laat zien dat de gemiddelde solvabiliteit van alle provincies naar verwachting voor de jaarschijf 2025 59% is (mediaan: 63%).
Grondexploitatie
In het kengetal voor grondexploitatie dienen gronden te worden opgenomen die als ‘voorraad’ bouwgronden op de balans zijn opgenomen. Dit om inzicht te geven in de terug te verdienen boekwaarde van de gronden bij verkoop of exploitatie. Provincie Flevoland voert zelf geen bouwgrondexploitatie uit. Het kengetal heeft daarom de waarde 0. De gronden van provincie Flevoland die op de balans staan, zijn overeenkomstig de verslaggevingsregels opgenomen als materiële vaste activa. Deze zijn gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs, welke lager is dan de huidige marktwaarde.
Structurele exploitatieruimte
Voor de beoordeling van het structurele en reële evenwicht van de begroting wordt onderscheid gemaakt tussen structurele en incidentele lasten. Bij incidentele lasten of baten gaat het om eenmalige zaken die zich gedurende maximaal drie jaar voordoen. Voorbeelden van structurele baten zijn de algemene uitkering en de inkomsten uit de motorrijtuigenbelasting. Bij structurele lasten gaat het om de lasten die worden gemaakt voor het uitvoeren van structureel/meerjarig beleid, om bedrijfsvoeringslasten en kapitaallasten. Stortingen in en onttrekkingen aan reserves zijn in beginsel incidenteel en hebben alleen een structureel karakter wanneer ze bedoeld zijn om structurele lasten te dekken of wanneer de reserve een egaliserende functie of een financieringsfunctie voor investeringen heeft. Uit het kengetal (> 0) blijkt dat de structurele baten in 2025 en latere jaren hoger zijn dan de structurele lasten.
Opcenten
Dit kengetal is het percentage opcenten dat de provincie heft ten opzichte van het landelijk gemiddelde percentage. Het geeft aan hoeveel relatieve ruimte de provincie heeft om de inkomsten uit de opcenten te verhogen om zo de structurele baten te verhogen (onbenutte belastingcapaciteit ten opzichte van het landelijk gemiddelde). Uit het percentage blijkt dat de hoogte van de opcenten van de provincie relatief dicht bij het gemiddelde ligt. Een nadere toelichting is opgenomen in de paragraaf 'Lokale heffingen'.